In de 17e eeuw waren de Nederlanders overal in de wereld te vinden, zo ook in Zuidoost-Azië en specifiek op Sri Lanka, een eiland ten zuiden van India. Nergens op Sri Lanka zijn de Nederlandse invloeden nog zo goed zichtbaar als in Galle, een stad aan de zuidkant van het eiland. De Nederlanders maakten van Galle een vestingstad, waar de stadsmuren vandaag de dag nog zichtbaar zijn!
Het moet in ieder geval duidelijk gemaakt worden dat Galle niet gesticht is door de Nederlanders. Ceylon, het vroegere Sri Lanka, was voornamelijk populair onder de Europeanen omdat dit een van de enige plekken in de wereld was waar kaneel groeide. Voordat de Nederlanders voet aan wal zetten was de handelsplek in handen van de Portugezen, die in 1505 aankwamen op Ceylon. De Portugezen verbleven voornamelijk langs de kust, waar zij handelsposten en forten stichtten. Maar de komst van de VOC en de Nederlanders in de 17e eeuw veranderde weer een hoop. In samenwerking met de koning van Kandy werden de Portugezen verdreven. De Nederlanders brachten onder andere religie mee, waar zij meerdere hervormde kerken stichtten. Ook legden zij bijvoorbeeld kanalen aan, die vandaag de dag nog terug te vinden zijn in de stad Negombo. Maar hun grootste nalatenschap is het fort in Galle.
De Portugezen hadden al een klein fort aangelegd, maar deze werd enorm uitgebreid. Het kleine fort werd verbouwd tot een enorm vestingwerk van zo’n 100 meter dik. Ook bouwden de Nederlanders een nieuwe stadsmuur met een toegangspoort. Boven deze toegangspoort is nog steeds het wapen van de VOC te zien. Ook werden er nieuwe bastions toegevoegd, waarvan de meesten nog in goede staat zijn en dus ook nog steeds te bezoeken zijn. Binnen het fort ontstond een compleet stadje. Een van de bekendste Nederlandse bouwwerken is de Nederlandse Hervormde Kerk, welke ook nog steeds te bezoeken is.
Aan het eind van de 18e eeuw werd Galle overgenomen door de Britten. Zij bouwden onder andere de Meeran Moskee en de vuurtoren én verplaatsten het wapen van de VOC van de buitenkant van het fort naar de binnenkant. Aan de buitenkant, boven de poort, is nu nog steeds het Britse wapen terug te vinden. Daarnaast legden de Britten een nieuwe weg aan en bouwden zij een nieuwe toegangspoort. Ook de klokkentoren op het Maan bastion is gebouwd door de Britten.
Het fort is bijna volledig intact. Binnenin het fort wonen en werken Sri Lankanen nog steeds – het is dus niet één groot museum. Je hebt de vrijheid om overal naartoe te lopen en die manier dus het fort te ontdekken. De uitzichten vanaf het fort over zee zijn fantastisch. Wanneer je door het stadje loopt kom je Nederlandse invloeden tegen in de historische beschrijvingen, namen van gebouwen en zelfs straatnamen. Je vindt onder andere nog een Kerkstraat in Galle. Om Galle goed te kunnen bezoeken is een dagtrip genoeg!
Ah wat heeeerlijk om mee genomen te worden in de historie! Nooit verwacht dat dit zo historisch rijk was daar, ik kan niet wachten om het zelf te zien! Ook leuk om nu te snappen waar Ceylon kaneel vandaan komt 😉